Naar de fiscale top met Nina en Misan!

Titus Flavius Vespasianus! Dit is geen toverspreuk, maar de keizer van het Romeinse rijk van 69 tot 79. Stiekem wist je dit wel. Wist je ook dat hij het Leidse fiscaalrechtelijk dispuut Pecunia Non Olet heeft geïnspireerd? En weet je ook dat deze studievereniging bestaat uit aanstormend fiscaal talent? Niet? Lees dan maar snel dit interview met Nina van As en Misan Egbe, allebei commissaris extern bij het 55e PNO bestuur!

Nina en Misan! Welkom! Wie zijn jullie?
Nina: Hi allemaal, ik ben Nina. Sinds 2017 studeer ik in Leiden, waar ik nog altijd met veel plezier woon. Inmiddels ben ik begonnen met de Master Fiscaal Recht. Afgelopen zomer is ons bestuursjaar v an start gegaan en samen met Misan hebben wij deze zomer onze acquisitie gelopen. Naast PNO heb ik een grote groep vriendinnen om mij heen waar ik regelmatig leuke dingen mee kan doen.

Misan: Mijn naam is Misan en ik ben 21 jaar oud. Momenteel rond ik mijn bachelor Fiscaal Recht af aan de Universiteit Leiden. Daarnaast doe ik een bestuursjaar bij de fiscale studievereniging PNO. Ik zal volgend jaar beginnen aan de master Fiscaal recht. Ook in Leiden. Leiden is de stad waar ik inmiddels al enkele jaren met veel plezier woon. Net als de meeste anderen, vind ik het uiteraard leuk om het terras op te gaan of het café in te duiken met vrienden. Daarnaast voetbal ik in mijn vrije tijd elke zondag nog.

Wanneer kwam de interesse voor het fiscale recht?
Nina: Ik begon met de studie Rechtsgeleerdheid in Leiden, met het idee om echtscheidingsadvocaat te worden (kind van gescheiden ouders, hè). Door het vak Inleiding Belastingrecht kwam ik voor het eerst echt met het fiscale recht in aanmerking. Dat vond ik toen stiekem best wel leuk. Mijn huisgenote, die op dat moment zelf al bezig was met de fiscale studie in Leiden, heeft mij toen een keer meegenomen naar een borrel van PNO. Hierdoor leerde ik gelijk meer mensen kennen die de fiscale studie deden en aan wie ik mijn vragen kon stellen. Dit heeft mij toen overgehaald om naast de bachelor rechten ook de fiscale bachelor te volgen én actief lid te worden bij PNO. Eigenlijk heeft PNO mij over de streep getrokken.

Misan: Ik moet zeggen dat het er niet met de paplepel is ingegoten, maar dat ik wel al vrij vroeg wist dat ik Fiscaal Recht wilde gaan studeren. In eerste instantie wilde ik vroeger altijd ‘zakenman’ of accountant worden. Toen ik in het kader van studieoriëntatie in de vierde klas aan het scrollen was tussen alle verschillende studies, vroeg mijn vader mij of het fiscale recht niet iets voor mij was. In eerste instantie wist ik niet precies wat het inhield, maar het klonk wel interessant. Mijn vader heeft toen – via zijn werk – geregeld dat ik op gesprek kon komen bij een fiscalist van een grote internationale firma. Ik mocht als 15-jarige langs bij hun kantoor met een prachtig uitzicht over Amsterdam. Je kan je vast wel voorstellen dat dat indruk heeft gemaakt. Ik kon al mijn vragen over zijn werk als fiscalist stellen en ging vol enthousiasme naar huis. Vanaf dat moment wist ik al vrij zeker dat ik Fiscaal recht wilde gaan studeren. Veel studiekeuzestress heb ik gelukkig dus niet gehad.

Nina, bij de Brauw doe je al aardig wat praktijkervaring op! Vertel!
Zeker, en met veel plezier! Waar in de collegebanken over wordt gepraat, krijgt in de praktijk zijn vorm. Ons vak kan soms een beetje droge stof zijn. Door mee te lopen bij een kantoor krijg je vanaf de andere kant mee waarom we iets op een bepaalde manier doen en wat de relevantie hier nu echt achter is.

De Brauw heeft één algemene tax-praktijk. Als masterstudent – die nog enorm veel te leren heeft – krijg je zo van alle kanten wat mee. Dit geeft mij de mogelijkheid om erachter te komen waar mijn interesse nu specifiek ligt. Op onze afdeling werken de advocaten in telkens wisselende teams samen, waardoor iedereen van elkaar kan leren. En naast dat werkstudent zijn natuurlijk heel leerzaam is, vind ik het vooral heel leuk: het werken in een nieuwe omgeving en leren hoe ik daarmee omga, ontdekken wat mijn sterke kwaliteiten zijn, maar ook uitvinden waar ik nog beter in kan worden of aan kan werken.

Misan, denk jij dat het curriculum dichter bij de praktijk moet staan?
Zonder direct een verkooppraatje te houden voor onze universiteit, probeert Universiteit Leiden wel om het curriculum zo veel mogelijk aan te laten sluiten bij de praktijk. Elke rechtenstudent volgt het vak ‘Moot Court’ in zijn tweede of derde studiejaar. Je bent enkele maanden bezig met het voorbereiden van een ‘zaak’ en gaat uiteindelijk in een nagebootste rechtszaal op de faculteit ook daadwerkelijk pleiten. Ik ben op dit moment ook werkzaam als ‘videotrainer’ bij de universiteit. Het is mijn taak om de studenten klaar te stomen voor de pleitdagen. Daarnaast moet je bij andere vakken ook mensen ‘uit de praktijk’ bijvoorbeeld interviewen en krijgen wij ook (bijna) altijd colleges van fiscalisten die ook in de fiscale praktijk werkzaam zijn. Het idee is dat de stof – die met name niet-fiscalisten erg droog vinden – meer tot leven komt.

Toch merk ik uit eigen ervaring dat er nog wel een groot verschil is tussen de collegebanken en de praktijk. Wat ik vaak te horen krijg is dat men na het afstuderen denken dat ze veel weten, maar dit in de praktijk erg tegenvalt. Dat is het moment dat je volgens de meesten pas echt begint met leren. Fijn om te weten, haha.

Voor wie nog geen idee heeft, wat is PNO?
PNO is dé fiscale studievereniging van Leiden. Wij organiseren voor onze 400 leden jaarlijks zowel studiegerelateerde activiteiten, zoals kantoorbezoeken en het VTO-traject (vaktechnischoverleg), als informele borrels en activiteiten. Hierdoor leren onze studenten elkaar en de kantoren nog beter kennen. Een groot voordeel van het lid zijn van onze vereniging is dat je gemakkelijk in contact komt verschillende kantoren. Veel activiteiten die wij aanbieden zijn in samenwerking met kantoren tot stand gekomen. Dit kunnen grote advocatenkantoren, kleinere advieskantoren, maar bijvoorbeeld ook de Belastingdienst zijn. Veel van onze activiteiten zijn er dan ook op gericht om studenten in contact te brengen met hun ‘toekomstige werkgevers’.

Het bestuur wordt aangevuld met Amanda Dijkhuizen, Justine Broeijer en Dirk Winnemuller. Hoe zijn de rollen onderling verdeeld?
Amanda is onze voorzitter en het gezicht van onze vereniging. Zij houdt het overzicht en is het algemene aanspreekpunt.
Dirk heeft de taak van penningmeester toebedeeld gekregen, dus hij moet ervoor zorgen dat wij onze ‘pecunia’ ook op een verantwoorde wijze uitgeven. Justine is onze secretaris en zij verzorgt het contact met onze leden, in de vorm van mails en social media.

Vorig jaar gingen jullie op kantoorbezoek naar Curacao en ook nu staan er weel veel corporate bezoeken op de planning?
Zoals net al even kort aangestipt hebben wij ieder collegejaar weer het genoegen om met een groot deel van de fiscale praktijk te mogen samenwerken. Om studenten een goed beeld van de sfeer bij een kantoor te kunnen geven, gaan we vaak bij de kantoren langs op locatie. Met onze VTO-Trajectgroep, die bestaat uit 16 studenten, gaan wij bijvoorbeeld bij diverse en uiteenlopende kantoren langs om te praten over relevante fiscale onderwerpen. Zo gaan wij onder andere langs bij Loyens & Loeff, De Belastingdienst, Meijburg en Pereira. Studenten kunnen zich hierdoor goed oriënteren op wat er nu allemaal is en welk deel van de praktijk het beste bij hun past. Er is voor iedereen wat wils.

De Bedrijvendag is ons grootste evenement, waar 25 fiscale werkgevers op een prachtige locatie samenkomen om aan onze studenten workshops te geven. Deze workshops laten zien waar het kantoor voor staat, wat ze studenten kunnen bieden en naar welke studenten zij op zoek zijn. Op de dag zelf is er een driegangen lunch en een afsluitende borrel, om ook op informele wijze nog even met een kantoor kennis te kunnen maken of na te kunnen praten.

Qua (stereo)type: wat is het verschil tussen een advocaat en een fiscalist?
Nina: Als ik op een feestje ben, sta ik niet direct te springen om te vertellen wat ik studeer. Dan krijg je vragen als: ‘o, maar vind je dat dan echt leuk?’. Fiscaal recht klinkt misschien niet erg spannend, maar ik vind het juist een heel uitdagend vakgebied. Aangezien het fiscale recht een grijs gebied is, moet je als fiscalist juist enorm scherpzinnig en doortastend zijn. Beargumenteren is bij het fiscale recht minstens zo belangrijk als bij ieder ander rechtsgebied, dus ook als fiscalist moet je sociaal en mondig zijn. En wij kennen ook de stereotypes dat fiscalisten vooral degelijke mensen zijn. (Kom naar een borrel en je zult zien dat het niet zo is ;p)

Misan: Fiscalisten worden normaal vaak gezien als degelijke en mogelijk ook saaie types, maar daar kan ik mijzelf natuurlijk niet in vinden, haha. Om dit idee te doorbreken heb ik bij onze studiereis naar Colombia voor in vliegtuig wat fiscale ‘literatuur’ meegenomen voor alle deelnemers. Dit was een fiscale roman die kort daarvoor uit was gebracht door een Zuidas kantoor. De fiscalist als ‘machtige verleider’ was hier dan eindelijk eens objet de l’amour. Het verhaal doorbreekt het stigma van de degelijke fiscalist en vertelde het verhaal van de romantisch leading man met een vlijmscherpe geest.

De vraag die we altijd stellen: zou je het studenten aanraden om te gaan ondernemen of om eerst werkervaring op te doen?
Dit is best lastig om te zeggen: rechtenstudenten zijn over het algemeen niet per sé erg ondernemend en in onze directe omgeving zijn wij nog niet veel startende ondernemingen ben tegengekomen. Zeker als je dit bijvoorbeeld vergelijkt met Delft waar voor ons gevoel de ene na de andere startup uit de grond wordt gestampt. Toch zouden wij het aanraden om eerst te gaan ondernemen. Als je eenmaal gewend bent aan de vastigheid en zekerheid van het werkend bestaan is het misschien lastig om dit te doorbreken, risico te nemen en in het diepe te springen door te gaan ondernemen. In onze ogen leer je ondernemen alleen door daadwerkelijk te doen en zijn er weinig studies/werkervaringen waarin je perfect klaar wordt gestoomd om een eigen bedrijf te beginnen.

#dreambig Waar kunnen we jullie over 5 jaar tegen het lijf lopen?
Nina: Mijn grote droom is toch wel echt om in het buitenland te wonen, in ieder geval een tijdje. Volledig opgaan in een andere cultuur, weer hele nieuwe mensen leren kennen. Het lijkt me fantastisch. Wellicht dat het fiscale recht mij nog wel de wereld over kan brengen.

Misan: Grote kans dat ik als fiscalist aan de slag ga bij een kantoor. Wat voor kantoor weet ik nog niet precies. Ik ben van plan om vanaf volgend jaar stages en werkstudentschappen te gaan lopen. Los van dat dit een goed kijkje in fiscale keuken biedt, is dit ook goed om te kijken wat voor kantoor bij mij past. Ik sluit een groot internationaal Zuidas-kantoor zeker niet uit, maar is sta er nog vrij open in. Daarnaast ben ik pas 21 dus hoop ik nog wel enkele jaren te studeren.

Het 55e (lustrum)jaar! Wanneer beginnen de festiviteiten?
Het lustrum is natuurlijk een perfect excuus om extra uit te pakken. Een lang weekend naar Berlijn met meer dan 35 PNO’ers staat op de planning. De culturele uitje zullen zeker niet ontbreken, maar de Duitse biertjes zullen ongetwijfeld ook genuttigd worden. Daarnaast hebben wij nog een stranddag bij een beachclub op de planning staan voor alle leden. Als ‘fiscale eind klapper’ sluiten wij ons bestuursjaar even met de organisatie van het LOF congres in september. Dit staat voor Landelijk Overleg Fiscalisten en is een groot jaarlijks congres, waarbij studenten uit heel het fiscale landschap bij elkaar komen en in contact komen met potentiële werkgevers. Elk jaar wordt het congres door een andere fiscale studievereniging georganiseerd en dit jaar is het onze beurt.

Welke tips heb je voor iedereen die nog moet beginnen aan een fiscale studie? Het belastingrecht is internationaal gezien steeds belangrijker aan het worden. Fiscaal recht klinkt misschien wat spannend, maar aldoende leert men. Wees dus niet bang voor de ‘moeilijke en langdradige termen’ en het stoffige imago. Gewoon doen dus. Oja, en lid worden bij PNO natuurlijk 😉

Tot slot, dit weet (stiekem) nog niemand over Nina en Misan?
Hoewel wij van nature zeker niet agressief zijn, boksen wij toevallig beiden. Laat dit je vooral niet afschrikken 🙂 Onze borrels zijn ontzettend vredelievend.