In een wereld waarin je met één swipe ziet waar iedereen mee bezig is – van buitenlandse stages tot droombanen bij start-ups – is het geen verrassing dat FOMO (Fear of Missing Out) ook op de werkvloer een grote rol speelt. Voor Gen Z, geboren tussen 1995 en 2010, is werken niet zomaar een bron van inkomen: het is een middel om jezelf te ontplooien, betekenis te vinden én relevant te blijven in een snel veranderende wereld.
FOMO als carrièrekompas
De continue zichtbaarheid van andermans successen via LinkedIn, Instagram en zelfs TikTok maakt dat Gen Z zich voortdurend afvraagt: Doe ik het wel goed genoeg? Moet ik niet méér uit mezelf halen? Moet ik nu al naar het buitenland? Starten met ondernemen? Of een sabbatical nemen? Deze generatie ziet alles, weet alles, en wil alles. Dit legt een enorme druk op de schouders van de individuele Gen Z’er om altijd het beste te doen en de beste keus te maken. Dit legt ook een enorme last op de werkgever, die dit allemaal maar moet weten waar te maken.
Deze constante vergelijking met anderen zorgt voor een diepgeworteld gevoel dat ze de juiste kansen niet mogen missen. En dat vertaalt zich op de werkvloer in een grote drang naar betekenisvolle uitdagingen, snelle groei, en erkenning.
Zekerheid in een wereld van opties
Hoewel Gen Z graag flexibel werkt, hechten ze óók sterk aan zekerheid – een reactie op de instabiliteit die ze van jongs af aan hebben meegemaakt (denk aan de economische crisis van 2008, de pandemie, en de huidige klimaatcrisis). Die zekerheid zoeken ze in vaste contracten, duidelijke groeipaden en een gezonde balans tussen werk en privé. In tegenstelling tot eerdere generaties is ‘veel geld verdienen’ niet het hoofddoel, maar wel: voldoende verdienen om onafhankelijk te zijn en een fijn leven te kunnen leiden. Carrière maken is voor Gen Z dus geen doel op zich, maar een middel om vrijheid, rust en zelfverwezenlijking te bereiken.
Persoonlijke ontwikkeling als sleutel
Wat vooral opvalt, is de focus op zelfontwikkeling. Gen Z wil zichzelf verbeteren – niet alleen professioneel, maar ook persoonlijk. Ze willen coaching, feedback, ruimte om fouten te maken en de mogelijkheid om hun unieke kwaliteiten te ontdekken en in te zetten. Bedrijven die investeren in traineeships, mentorships, en opleidingen sluiten perfect aan bij deze behoefte. FOMO speelt hier een dubbele rol: enerzijds is het een stressfactor (“Ben ik wel succesvol genoeg?”), anderzijds is het een motor voor groei. Het dwingt deze generatie om na te denken over wie ze zijn, waar ze heen willen, en hoe ze daar willen komen.
Wat dit betekent voor werkgevers
Voor werkgevers betekent dit dat het aantrekken en behouden van Gen Z-talent vraagt om meer dan een mooi loonstrookje. Het gaat om:
- een duidelijke visie en waarden;
- ruimte voor persoonlijke inbreng;
- transparante communicatie over ontwikkelkansen;
- en een bedrijfscultuur waarin het oké is om niet altijd “aan” te staan.
Bedrijven die FOMO begrijpen – en dus inspelen op de zoektocht van Gen Z naar betekenis en richting – zijn beter in staat om jong talent te binden en boeien. Niet door nóg meer opties te bieden, maar juist door het helpen maken van de juiste keuzes. De sleutel hier is om Gen Z te ondersteunen in zelfontwikkeling. Wil je meer weten over hoe? Neem contact op met dymphy@knappekoppen.work en/of jade@knappekoppen.work!
